De Nigeriaanse drummer, componist, songwriter en levende legende Tony Allen (78 jaar) wordt algemeen beschouwd als de uitvinder van het genre afrobeat samen met Fela Kuti. Van 1968 tot 1979 is hij de drummer en de musical director van Fela Kuti’s band Africa ’70 waarmee hij meer dan 30 albums opneemt. Na zijn periode bij Fela ontwikkelt Allen een hybride geluid, bestaande uit het deconstrueren en versmelten van afrobeat met electronica, dub, R & B en rap. Allen noemt deze synthese afrofunk. Zijn werklust en drive blijven ondanks het vorderen van de leeftijd onvermoeibaar, hij wil zichzelf voortdurend uitdagen. Vanaf 2000 verleent hij zijn drumwerk of is hij als solist de initiatiefnemer in uiteenlopende projecten. In de afgelopen 10 jaar is Allen zeer productief en heeft hij alles aangepakt van afrobeat (op solo album Film of Life), Franse dreampop (met Charlotte Gainsbourg), downbeat indie rock (met The Good, the Bad & the Queen) en techno (met het Moritz Von Oswald Trio). Recent is Allen teruggegaan naar zijn jazzinvloeden Max Roach en Art Blakey. In 2017 brengt hij een eerbetoon aan Art Blakey met de EP ‘A Tribute to Art Blakey & the Jazz Messengers’ waarmee hij ook dat jaar op Jazz Middelheim staat. Het is meteen een productie op het legendarische Blue Note Records waarop ook in datzelfde jaar zijn volgende album ‘The Source’ verschijnt. Samen met saxofonist en langdurig medewerker Yann Jankielewicz heeft Allen 11 nieuwe composities geschreven. ‘The Source’ geeft een fascinerende inkijk in de muzikale inspiraties en aspiraties van drumfenomeen Tony Allen. Dat album is een verdere exploratie van zijn invloeden maar deze keer geeft Allen zijn invloeden uit de jazzwereld bloot in een natuurlijke uitwisseling met zijn afrobeat ritmes. ‘The Source’ is niet per sé een jazz album noch is het een afrobeat album. Hetzelfde zou kunnen gezegd worden van het publiek dat vanavond op het concert is afgekomen: een swingend staand concert dat voortgaande op Allen’s reputatie de stomende afrobeat liefhebbers aantrekt óf de jazzliefhebber die wel houdt van een Afrikaanse twist en eerder een luisterconcert verwacht maar dan zonder zitplaatsen. Voor Tony Allen fans is het al langer geweten dat Allen niet voor een bepaalde stijl te vangen is maar resoluut zijn intuïtief drumwerk ten dienste stelt van zijn aspiraties en inspiraties. Vanavond is duidelijk geafficheerd wat te verwachten valt : The Source. Wie het album vooraf heeft beluisterd wist dat hier vooral jazz op staat met een Afrikaanse twist, een luisteralbum en dus logischerwijs een luisterconcert… Toch wist het concert beide partijen - als die er zouden zijn - te verzoenen. De ene keer viel al wat meer jazz te horen, de andere keer zijn er die Afrikaanse klanken met een licht swingende groove die onderhuids zowel lichaam als hoofd beroeren. Maar bovenal is er die heerlijke muzikale mishmash die mensen samenbrengt in een spirituele beleving. Tony Allen die al jaren in Parijs woont heeft voor dit album allemaal Franse musici aangetrokken. Met vijf van hen staat hij hier vanavond op het grote podium van De Roma. Met de vaste kern bestaande uit contrabassist Mathias Allamane en Jean Phi Dary (piano, keyboards) speelt hij al jaren. Zij worden aangevuld met de Kameroenese gitarist Indy Dibongue en de blazers, saxofonist Yann Jankielewicz en trompettist Nicolas Giraud. Allen zit achteraan in het midden, verscholen achter een zwarte zonnebril geflankeerd door contrabassist Mathias Allamane en gitarist Indy Dibongue. Vooraan links zit pianist/orgelist Jean Phi Dary en op rechts de twee blazers. De 6-koppige band opent met “Bad Roads” het tweede nummer uit ‘The Source’. Een na een worden op twee na alle nummers gespeeld. Op dit nummer ingezet met een basloopje vallen de funky gitaarlicks van Indy Dibongue en een gesmaakte trompetpartij van Giraud op. Allen is zijn eigen onverstoorbare zelve die zijn team van achteruit stuurt voor een meeslepende groove. “Ewajo” ademt een Miles Davis ‘Kind of Blue’ achtige sfeer waarin de twee blazers tekenen voor een terugkerend thema met de andere vier in een ondersteunende rol. “Wolf Eats Wolf” is pure groove met een sputterende afrobeat groove, percussief orgeltappen, funky blazersriffs en een heerlijk tussendoor gitaartje, dat alles onderstuwd door Allen’s polyritmische drumtechniek van hi-hat bekkens in combinatie met snare drum. Geen decibels maar ritmische gewaarwording. “On Fire” gaat resoluut de jazz richting uit voor een meeslepend nummer dat de spanning opbouwt met avant-garde piano, Dizzy Gillespie blazers en een speels aanhoudend gitaarrifje aaneen getrommeld in Art Blakey’s typische bebop-drumstijl. Allen neemt even het woord om te zeggen dat hij liever niet praat maar de muziek laat spreken maar hij blijft toch nog lang aan het woord om het publiek daarvoor uitgebreid te bedanken. We blijven bij de jazz voor het zachte langzame “Woro Dance” opgeluisterd met subtiele drumticks van de meester en een hoofdrol voor de knappe blaaspartijen van het duo Jankielewicz/Giraud bezegeld met een ferm applaus. Allen laat iedereen schitteren zonder echt zelf naar de voorgrond te komen. Daarbij worden alle solo’s kort gehouden ook die van de meester, geheel in functie van de opbouw van het nummer met een steeds terugkerend thema met beperkt gehouden improvisaties. Was het concert tot dusver vooral een (jazz) luisterconcert dan wordt met “Push And Pull” de toon en de sfeer losser met ook meer ruimte voor solo’s. Er mag meegeklapt worden op het feestelijke N.O. achtig nummer vol opgebouwde groove dat onweerstaanbaar mikt op de dansvoeten. In “Cruising” mag de staande bas van Allamane volop schitteren. Het is het meest opvallende nummer, een jazzcompositie waarin Allen op zijn manier Afrikaanse ritmes binnensmokkelt zodat het nummer eruit springt. Allen heeft zoveel metier dat in zijn handen beide invloeden moeiteloos met elkaar verweven worden zonder dat het in de verste verte academisch wordt. De afsluiter “Life Is Beautiful” vertoeft in een funky-jazz mood en klinkt tegelijk ingehouden als dat het prikkelt en laat elkeen nog even excelleren niet in het minst Allen zelf in interactie met bassist Allamane die uitgebreid mag soleren. Er komt een toegift met het swingende “Cool Cats” waarin we een laatste keer kunnen genieten van het fantastisch drumwerk van Allen dat zeer bepalend is voor het groepsgeluid en de grondlaag aanlevert waarna de hele de band kan schitteren. Heerlijke muziekavond voor hoofd en benen, puur genieten zonder decibels (oordopjes). Marc Buggenhoudt Foto's en fotoalbum © JiVe Setlist 1. Bad Roads (The Source, 2017) 2. Ewajo (The Source, 2017) 3. Wolf Eats Wolf (The Source, 2017) 4. On Fire (The Source, 2017) 5. Woro Dance (The Source, 2017) 6. Push And Pull (The Source, 2017) 7. Cruising (The Source, 2017) 8. Life Is Beautiful (The Source, 2017) Encore 9. Cool Cats (The Source, 2017)
0 Reacties
Wolf Alice uit Londen werd in 2010 opgericht door zangeres Ellie Rowsell en gitarist Joff Oddie. Ze brachten als duo een EP uit, maar het was pas na de toevoeging van drummer Joel Amey en bassist Theo Ellis dat de bal echt aan het rollen ging. Het duurde echter nog tot 2015 voor de groep zijn eerste full album “My Love Is Cool” uitbracht. Deze plaat werd genomineerd voor een Grammy, Brit Award en Mercury Music Prize Award die ze uiteindelijk niet wonnen. Het tweede album “Visions Of A Life” won dit jaar wel de prestigieuze The Mercury Prize voor kleppers als Arctic Monkeys, Florence And The Machine, Lily Allen en Noel Gallagher. Het eveneens Britse Nova Twins mag het voorprogramma verzorgen. De groep bestaat uit zangeres/gitariste Amy Love en bassiste/achtergrondzangeres Georgia South. Drummer Tim Nugent maakt er een trio van. Ze openen met “Mood Swings”, een forse rocksong waarover Amy rapt. Straaljagergitaren luiden “Hit Girl” in, ik moet onwillekeurig aan Rage Against The Machine denken. Drums luiden heel toepasselijk “Drums” in, in deze song zit behoorlijk wat funk. Tijdens “Thelma And Louise”, een nummer op het lijf van beide wilde meiden geschreven, worden de vocalen van Amy enkel ondersteund door bas en drums. De oren worden verder geteisterd tijdens “Undertaker”: drums, een vervormde metalige basgitaar en gekrijs/gegil van Amy, het nummer doet me aan The Boredoms denken. “Bassline B*tch” is heel energiek, “Losing Sleep” verrassend dansbaar en afsluiter “Wave” een kopstoot van een song. Amy is heel expressief, de energie van het drietal spat bijna letterlijk van het podium. Een half uur kan de groep me boeien maar iets meer variatie zou in de toekomst welkom zijn. We hebben eindelijk een vrouwelijke tegenpool van RATM gevonden. Het getuigt van lef van Wolf Alice om zo'n voorprogramma mee op tour te nemen. Wolf Alice start heel ingehouden met praat-/fluisterzang van Ellie Rowsell tijdens “Sky Musings” alvorens het nummer crescendo naar een fors einde gaat. Felle rocksong “Yuk Foo” is meteen al van een ander kaliber, met schreeuwerige zang van de frontvrouw. Ze vervolgen met het angstaanjagende “You're A Germ” dat heftige momenten afwisselt met rustiger momenten. Dit trucje wordt in vele songs trouwens toegepast. Ellie kan met haar stem vele kanten uit : fluisterzang, schreeuwerig, scherp breekbaar maar evengoed zeemzoet, zoals in “Storms”. De heftige nummers worden af en toe afgewisseld met rustige, zoals het nooit eerder live gespeelde “After The Zero Hour” of het smachtende “Don't Delete The Kisses”. Het poppy “Beautifully Unconventional” is als een warme bries op een herfstdag. Ellie is ongelooflijk sexy tijdens “Formidable Cool”, ze pakt het publiek moeiteloos in, ze wandelt er zelfs even letterlijk in. Op de setlist staat blijkbaar “Silk” of “Blush”, het publiek kiest voor het dromerige “Blush”, voorwaar een goede keuze. Een hoogtepunt is het van een fantastische gitaarlijn voorziene oudje “Bros”. Ze grijpen op het einde van de set nog eens terug naar “Visions Of A Life” met o.a. het fantastische “Space & Time”. Uiteindelijke sluiten ze af met het stevige “Fluffy”. Dat er nog een bis zal volgen blijkt uit het feit dat de roadies de gitaren nog eens stemmen. Het wordt uiteindelijk een verpletterende versie van “Giant Peach”, waarmee het prima concert wordt afgesloten. Wolf Alice staat ongetwijfeld op het punt van de grote doorbraak. Sterke songs met de nodige afwisseling, prima muzikanten : wat een gitarist is die Joff Oddie toch, een ravissante zangeres die vele muzikale registers aan kan, een stevige ritmesectie waarbij bassist Theo Ellis zich ontpopt tot publieksopzweper. Ze spelen indierock maar zijn net dat tikkeltje anders dan vele andere groepen in het genre. Diegenen die erbij zijn vanavond mogen zich gelukkig prijzen, waarschijnlijk is het de laatste keer dat we Wolf Alice in een kleine club te zien krijgen. Lou van Bergen Foto's © JiVe Setlist : Sky Musings / Yuk Foo / You're A Germ / Storms / Planet Hunter / Lisbon / After The Zero Hour / Don't Delete The Kisses / Beautifully Unconventional / Formidable Cool / Blush / Bros / 90 Mile Beach / St. Purple & Green / White Leather / Space & Time / Visions Of A Life / Fluffy // Giant Peach Lou van Bergen |
JiVeTwo passions, Archives
Maart 2020
Categories |